Het is een goede zaak dat werknemers via tijdskrediet de
mogelijkheid krijgen om tijdelijk niet of minder te werken. Voor de werkgever
is het echter vaak een moeilijke oefening om ervoor te zorgen dat de
organisatie van zijn bedrijf niet in het gedrang komt. Zo zal het niet steeds
evident zijn om voor een paar maanden een halftijdse vervanger te vinden in een
welbepaalde functie.
Het is dan ook belangrijk om de regels over tijdskrediet zo
goed mogelijk af te stemmen op de concrete werking van de onderneming. Dit kan door de diverse
mogelijkheden die er zijn in de cao nr. 103 tot invoering van het stelsel van
tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen optimaal te benutten.
Nadere
regels in ondernemings-cao of arbeidsreglement
·
Vooreerst kunnen het paritair comité of de
onderneming bij collectieve arbeidsovereenkomst bepaalde personeelscategorieën uitsluiten uit het
toepassingsgebied. De commentaar bij de cao nr. 103 geeft als voorbeeld van
uitsluiting het personeel dat niet onderworpen is aan alle bepalingen van de
arbeidswet van 16 maart 1971. Er wordt hier m.a.w. verwezen naar
vertrouwensfuncties en leidinggevende functies. Het is aan te raden om hierover
een cao te sluiten. Het spreekt voor zich dat bv. de functie van commercieel
directeur niet deeltijds kan worden uitgeoefend en een “halftijdse commercieel directeur” ook niet op de arbeidsmarkt
voorradig is. Toch zal hij dit recht wel hebben, wanneer de functie niet werd
uitgesloten.
·
Wanneer werknemers die tijdskrediet aanvragen
gewoonlijk tewerkgesteld zijn in ploegen of in een cyclus gespreid over vijf
dagen of meer, kan een sectorale cao of een ondernemings-cao nadere regels bepalen voor het
organiseren van het recht op loopbaanvermindering t.b.v. één dag per week of
een gelijkwaardige regeling. De commentaar verduidelijkt dat, wanneer er geen
vakbondsafvaardiging in de onderneming aanwezig is, de afwijkende regeling kan
worden ingevoerd bij het arbeidsreglement, maar dat dan ook een wederzijds
schriftelijk akkoord tussen de werknemer en de werkgever vereist is.
·
Volgens artikel 13 § 3 van cao nr. 103 worden de
dagen waarop het recht op loopbaanvermindering wordt uitgeoefend, zo verspreid
dat de continuïteit van de onderneming of de dienst wordt gewaarborgd. Een
akkoord op ondernemingsniveau kan deze spreiding
verduidelijken.
·
Omwille van ernstige interne of externe redenen
kan de werkgever het tijdskrediet binnen een maand na de aanvraag uitstellen.
Die redenen van uitstel kunnen door
de ondernemingsraad worden verduidelijkt. In principe gaat het tijdskrediet in uiterlijk
zes maanden te rekenen vanaf de dag waarop het normaal zou zijn uitgeoefend.
Wanneer iemand met een sleutelfunctie 1/5de loopbaanvermindering
aanvraagt, kan dit echter met een maximum van 12 maanden worden uitgesteld. Ook
dit begrip “sleutelfunctie” kan worden verduidelijkt door een cao op
sector- of ondernemingsniveau, of d.m.v. het arbeidsreglement. Sleutelfuncties
kunnen voorhanden zijn in alle geledingen van de ondernemingen en ook
bijvoorbeeld ’s nachts.
·
Bij 1/5de loopbaanvermindering kan de werkgever
dit recht ook intrekken of wijzigen om bepaalde redenen, zoals bepaald door de
ondernemingsraad, of bij gebrek daaraan in overleg tussen de werkgever en de
vakbondsafvaardiging. Indien er geen ondernemingsraad of vakbondsafvaardiging
bestaat, kan dit in het arbeidsreglement worden verduidelijkt.
Als voorbeeld vermeldt de cao nr. 103 ziekte van een collega
of buitengewone vermeerdering van werk.
Wat als
werknemer en werkgever geen akkoord vinden?
Wanneer
werkgever en werknemer geen akkoord bereiken over de modaliteiten van het
tijdskrediet, dan geldt volgens de cao nr. 103 dat een klachtenprocedure moet
worden gevolgd met een klacht bij de vakbondsafvaardiging of het verzoeningsbureau
van het paritair comité.
Volgens
het arbeidshof van Brussel zal, bij gebrek aan akkoord, het uiteindelijk de
werkgever zijn die beslist over de modaliteiten van het tijdskrediet. De
rechtbank kan dan enkel marginaal toetsen aan de algemene principes van
redelijkheid (Arbh. Brussel 27 juni 2011, gepubliceerd in Or. 2011/8, p. 243).
De werkgever kan dan, in het belang van de organisatie van
de onderneming, een bepaald schema waarbinnen het tijdskrediet moet worden
genomen, opleggen.
Besluit: om een goede werking van de onderneming te verzekeren en duidelijkheid te creëren voor de werknemers, is het aan te raden om gebruik te maken van de mogelijkheden voorzien in de cao nr. 103 om een en ander uit te werken op ondernemingsvlak. Belangrijk is wel om vooraf na te gaan wat er al op sectoraal niveau hierover is geregeld.