Beoordelingsbevoegdheid van de arbeidsrechtbank na ontslag van een beschermde werknemer wegens tijdig erkende economische redenen

Auteur(s): Luc Eliaerts
Geplaatst op: 28 mei 2018

Het Hof van Cassatie brengt met een arrest van 12 maart 2018 verduidelijking omtrent de rechtsmacht van de arbeidsgerechten wanneer een beschermde werknemer een beschermingsvergoeding vordert na een ontslag wegens economische of technische redenen die door het paritair comité vooraf werden erkend binnen de twee maanden na de aanvraag van de werkgever.

Het hof beslist dat deze werknemer toegang heeft tot de arbeidsgerechten om de regelmatigheid van zijn ontslag aan te vechten. De arbeidsrechter beoordeelt opnieuw, met volle rechtsmacht, het bestaan van de ingeroepen redenen.

Deze controle heeft geen betrekking op de opportuniteit van de door de werkgever genomen maatregelen om aan deze redenen het hoofd te bieden. En deze redenen zijn niet beperkt tot de gevallen waarin de werkgever nog kan ontslaan bij afwezigheid van een tijdige beslissing van het paritair comité, te weten een sluiting van de onderneming of van een afdeling of het ontslag van een welbepaalde personeelsgroep (Cass. S.15.0060.N, 12 maart 2018, www.cass.be).

Het cassatiearrest biedt ook een oplossing, zij het cryptisch, i.v.m. het gevolg van een onregelmatigheid waardoor de beslissing van het paritair comité eventueel is aangetast. Doordat de arbeidsrechter i.v.m. het verhaal van de werknemer volle rechtsmacht heeft om de redenen opnieuw te beoordelen, is de rechtsvraag of het paritair comité optreedt als administratieve overheid en de wet op de motiveringsplicht van bestuurshandelingen of de beginselen van behoorlijk bestuur diende na te leven zonder belang.